‘Onlangs heb ik online een bank besteld. Op de bank zat een levertijd van zeven weken, doordat deze gemaakt werd in Spanje. Omdat het bedrijf zelf een hoofdkantoor in Frankrijk heeft worden producten allereerst naar een centraal magazijn vervoerd in Frankrijk en nagekeken. Vervolgens wordt het product naar Nederland getransporteerd en daar overgedragen aan een Nederlands bedrijf. Deze heeft de bank bij mij bezorgd. De bank moest eigenlijk op zolder komen te staan, maar omdat de bezorger geen trappen opgaat is de bank in de woonkamer gezet. ’s Avonds heb ik deze uit de woonkamer gehaald en alsnog naar boven getild.’
De bank heeft een enorme reis afgelegd voordat deze daadwerkelijk op de plek van bestemming terechtkwam. Alleen al de verplaatsing van de voordeur naar de woonkamer om vervolgens alsnog naar boven te gaan is een vorm van verspilling op het gebied van transport.
We hebben het hier over een van de acht verspillingen die binnen de Lean filosofie worden onderscheiden. Transport kost tijd, geld en kan leiden tot schade aan een product. Tijd die geen waarde toevoegt aan het product wordt beschouwd als een vorm van verspilling. Om deze redenen moet transport zoveel mogelijk worden beperkt.
Transport als verspilling kan ontstaan doordat iets niet direct op de juiste plek terecht komt. Dit kan betrekking hebben op een product zoals in bovengenoemd voorbeeld, maar verspilling kan ook zitten in het verplaatsen van bestanden op je computer, het verplaatsen van documenten om te laten tekenen, of een andere vorm van informatietransport.
Verspilling in transport kan onder andere ontstaan doordat er te veel of te weinig is getransporteerd. In dat geval kunnen wachttijden of voorraad ontstaan. Nog meer vormen van verspilling!
